Bij bewustwording van achterstallig onderhoud leidt dadendrang tot “Spoedreparaties”. Nu is spoed zelden goed en brengt het een verhoogd (arbeids-)veiligheidsrisico met zich mee.
Algemeen heerst het idee, dat veiligheid te vergoten is door het invoeren van procedures omdat je met procedures een proces zou kunnen beheersen.
Dat is een misverstand. Een procedure wordt bedacht door iemand die het werk zelf niet uitvoert en een procedure geeft geen handelingsbandbreedte aan uitvoerder van de procedure. Een procedure negeert het zelfstandig denkvermogen van werknemers. Werknemers die arbeidsvreugde beleven aan de oplossingen die ze steeds weer bedenken om afwijkingen en storingen op te lossen.
Dat wringt. Immers, een procedure is een theoretisch kader, waarin door een manager geprobeerd wordt een op zich eenduidige activiteit of een handeling te standaardiseren binnen een verzameling verschillende omstandigheden.
In geval van spoed is er kennelijk een dwingend tijdsaspect en dan past uitsluitend een procesbenadering, waarin ter zake kundigen de ruimte krijgen om beslissingen te nemen m.b.t de uitvoering en daarmee de voortgang van het proces en daar pas achteraf verantwoording over af hoeven te leggen.
Het knelpunt is dan “Vertrouwen”. In procesbeheersing is vertrouwen op de kundigheden van de procesdeelnemers de basis voor succes.